Als je tijdens de zwangerschap voor een extra controle komt, wordt er een hartfilmpje (CTG) van de baby gemaakt. Door de hartslag van de baby langer te bekijken, kunnen we beter beoordelen hoe de conditie van de baby is.
Tijdens de (medische) bevalling wordt de baby (bijna) continue in de gaten gehouden met het hartfilmpje. Het hartfilmpje kan inwendig en uitwendig worden gemaakt.
Bij een uitwendig hartfilmpje krijg je 2 doppen op je buik die met een band worden vastgemaakt. De ene dop is voor de hartslag van de baby, de andere dop is voor de weeën.
Bij een inwendig hartfilmpje wordt naar de hartslag geluisterd via een elektrode in de (hoofd)huid van de baby. Dit kan alleen als de vliezen gebroken zijn.
Tijdens de registratie van de baby kan het voorkomen dat je de hartslag van de baby niet meer hoort. Hier hoef je niet van te schrikken. Dit komt omdat door bewegingen van moeder of baby het apparaat de hartslag niet kan registreren. Door het opnieuw plaatsen van de doppen of van een elektrode wordt dit verholpen.
Het hartfilmpje wordt draadloos gemaakt. Dit betekent dat je vrij kan bewegen en eventueel ook onder de douche kunt. Helaas is het niet mogelijk om tijdens het hartfilmpje in bad te gaan.
Hartfilmpje thuis
Tijdens de zwangerschap kan het nodig zijn om dagelijks een hartfilmpje te maken. In eerste instantie is dit een reden om je op te nemen in het ziekenhuis, maar soms kan dit na een (paar) nachtje(s) in het ziekenhuis ook thuis.
Je krijgt een koffer met een mobiel CTG apparaat mee naar huis met de instructies om een hartfilmpje aan te sluiten en te versturen. Je maakt het hartfilmpje op de afgesproken tijd en hebt daarna contact met de consultassistente van het Geboortecentrum. Minimaal één keer in de week kom je naar het ziekenhuis, bijvoorbeeld in combinatie met een afspraak bij de gynaecoloog.
Lees meer in de folder Thuiscontroles van u en uw baby.